h

SP wil ook bij schade door zoutwinning omgekeerde bewijslast

21 oktober 2020

SP wil ook bij schade door zoutwinning omgekeerde bewijslast

Foto: NLOG / nlog.nl

SP Drenthe wil bij schade door zoutwinning dat de omgekeerde bewijslast geldt. Ronald van der Meijden: "het is voor omwonenden ondoenlijk om aan te tonen welke mijnbouwer welke schade veroorzaakt heeft, en in welke mate. Ons standpunt is dat je niets uit de bodem haalt als dat niet veilig kan. Hier lijkt de veiligheid niet gewaarborgd, daarom zijn we tegen uitbreiding van de zoutwinning. Zolang de huidige zoutwinning doorgaat, vinden wij sowieso dat de omgekeerde bewijslast zou moeten gelden". Tijdens de commissievergadering bleek dat het college niet van plan is om nog langer aan te dringen op 'omgekeerde bewijslast' voor mijnbouwschade in Drenthe. 'Dat is trekken aan een dood paard' volgens gedeputeerde Stelpstra.

https://www.dvhn.nl/drenthe/Pleiten-voor-omgekeerde-bewijslast-bij-schade-zoutwinning-is-trekken-aan-dood-paard-26128062.html

Lees hieronder de bijdrage van de fractie

De fractie van de SP is met GS van mening dat een goede schadeafhandeling essentieel is, alsmede gereed en operationeel moet zijn voordat het instemmingsbesluit van de minister met het nieuwe winningsplan van Nedmag in werking treedt.

Echter, het is voor omwonenden ondoenlijk om aan te tonen welke mijnbouwer welke schade veroorzaakt heeft, en in welke mate. De minister stelt dat met het instellen van de Commissie Mijnbouwschade per 1 juli 2020 de ongelijkheid tussen burger en mijnbouwonderneming wordt verminderd. Het is onduidelijk hoe dit wordt geregeld. Het lijkt er op dat de bewoners blij gemaakt worden met iets waar ze niets aan hebben. Wij vinden dat net als bij de gaswinning uit het Groningenveld ook ten aanzien van zoutwinning het bewijsvermoeden met terugwerkende kracht toegepast moet worden. 

Wij wensen daarom dat GS deze belangrijke aanvulling van ‘omgekeerde bewijslast’ (bewijsvermoeden) alsnog aan de minister kenbaar maakt. Het hebben van “een goede schaderegeling”, waarover GS nu adviseren, is te vrijblijvend geformuleerd en daarom onvoldoende, zoals in de praktijk blijkt bij andere mijnbouw gerelateerde schadeafhandeling.

Gestapelde Mijnbouw 

Het gebied waarin Nedmag opereert ondervindt niet alleen de negatieve gevolgen van de magnesiumzoutwinning. In de directe nabijheid bevinden zich drie gasvelden en op iets grotere afstand wordt gas opgeslagen in zoutcavernes en bevinden zich drie waterwingebieden. De schades en risico’s veroorzaakt door gestapelde mijnbouw zijn waarschijnlijk enorm te achten en nog door niemand volledig te overzien. De gevolgen van gestapelde mijnbouw worden in het winningsplan niet genoemd. Ook is het moeilijk te begrijpen dat er geen of te weinig aandacht besteed wordt aan demogelijk fysieke en psychische effecten van inwoners op deze gestapelde mijnbouw. Door de zoutwinning te blijven gedogen wordt op omwonenden een aanslag gepleegd dat hun welzijn en woongenot in ernstige mate kan aantasten. Mijnbouwlocaties kunnen ook een bron zijn van laagfrequent geluid.

Bodemdaling

Bij de zoutwinning door Nedmag is waarschijnlijk sprake van bodemdaling in Nederland. Volgens Nedmag verloopt deze bodemdaling geleidelijk, gelijkmatig en veroorzaakt deze geen schade aan gebouwen. Zeker is dit echter niet. Er kan sprake zijn van ongelijkmatige bodemdaling door bijvoorbeeld incidenten. 

Bij de voorlichtingsavond (Atlas Theater) van de NAM m.b.t. injectiewater werd er door de Nam gezegd dat bij alle activiteiten waarbij gewerkt wordt in de ondergrond, bodemdaling en/of aardbevingen niet zijn uit te sluiten, hoewel zij die kans op nihil… schatten.

Van de Minister mag Nedmag de putten VE-5 en VE-6 ontwikkelen. In de toekomst zullen ook de putten VE-7 en VE-8 worden ontwikkeld. Bij de zoutwinning vanuit de nieuwe putten ontstaat weer bodemdaling. Het is te verwachten of in ieder geval niet uit te sluiten dat de bodemdaling veel groter zal zijn dan de huidige prognose. Het besluit komt er waarschijnlijk op neer dat de minister een bodemdaling accepteert die veel groter is dan het Waterschapals aanvaardbaar heeft aangegeven. Daarnaast stelt de minister, anders dan in eerdere vergunningen, geen enkele grens aan de toegestane bodemdaling. Nedmag krijgt dus toestemming om de bodem (in ernstige mate?) te laten dalen. De minister staat actieve winning uit de put TR-9 toe. Als rationale hiervoor wordt genoemd dat de bodemdaling toch al verder gaat dan de 80 cm. die het waterschap nog beheersbaar acht, zodat er toch al aanvullende maatregelen genomen moeten worden. De vraag is dan waar de volgende grens ligt waarbij ook de nieuwe waterhuishoudkundige maatregelen niet volstaan. Wat als de na-ijleffecten veel groter zijn dan Nedmag ze voorstelt? 

Deze vragen willen wij graag beantwoord zien. Als de Minister enig belang aan de veiligheid van omwonenden hecht, stelt hij niet alleen een nieuwe limiet aan de toegestane bodemdaling, maar treedt hij ook handhavend op tegen Nedmag en verbiedt hij alle verdere actieve zoutwinning uit put TR-9. In het ontwerp-instemmingsbesluit wordt door de minister het uitvoeren van een zogenaamd gebiedsproces genoemd. Dit houdt in dat de bewoners en landbouwers in het bodemdalingsgebied met de gevolgen van de zoutwinning worden belast. Veelzeggend is de opmerking in het ontwerpinstemmingsbesluit dat er onderzoek moet worden gedaan naar alternatieven voor grondgebruik. Dat zou kunnen inhouden dat niet Nedmag moet stoppen, maar de bewoners van het gebied zich moeten aanpassen. 

Waterbeheersing

De bodemdaling, als gevolg van de zoutwinning, heeft waarschijnlijk grote invloed op het waterpeil. Er zal een groot aantal pompen en stuwen geplaatst moeten worden om zowel voor de landbouw als voor de bebouwing het juiste waterpeil te kunnen waarborgen. Het waterbeheer dreigt door complexiteit onbeheersbaar te worden. Afgezien van de risico’s die dit nu al met zich meebrengt is dat maatschappelijk totaal onverantwoord met het oog op de onzekerheden over de maatregelen die nodig zijn i.v.m. de klimaatcrisis en de dreigende watertekorten. De kosten en gevolgen voor de bewoners zijn niet in de afweging van het ontwerp besluit meegenomen. In het besluit merkt de Minister op dat het waterbeheer ook bij een bodemdaling van meer dan 80 cm. nog steeds beheersbaar zal zijn. Dit heeft de Minister niet onderbouwd, en dit is direct in tegenspraak met het terdege onderbouwde- advies van het Waterschap Hunze en Aa’s. 

Tweede Kamer

De SP fractie, evenals die in de Tweede Kamer, vindt de voorwaarden die de minister heeft gesteld vooral ten dienste van Nedmag. Het veranderen van de norm van bodemdaling, de duur van de vergunning tot 2045, een relatief klein bedrag dat gereserveerd wordt om de putten na gebruik af te sluiten en het alternatief dat Nedmag gebruikt in plaats van diesel, zijn zaken waar we zeker vragen bij hebben. Ook de put waaruit miljoen liters diesel lekte mag tot 2027 doorgaan.

De SP en PvdD hebben wel een motie ingediend: “Stop de Zoutwinning”. Daar stemde verder niemand voor.

Ons standpunt is dat je niets uit de bodem haalt als dat niet veilig kan.  Hier lijkt de veiligheid niet gewaarborgd, daarom zijn we tegen uitbreiding van de zoutwinning. Zolang de huidige zoutwinning doorgaat, vinden wij sowieso dat de omgekeerde bewijslast zou moeten gelden. (Dat vinden we bij alle vormen van mijnbouwschade).  Alle schade moet dus worden betaald door Nedmag in dit geval.

 
 

Reactie toevoegen

U bent hier